Moved to / Is verhuisd naar


Waarom dat zo is, verneem je hier


dinsdag 30 november 2010

BE AWARE!

- photo by  H.Fathers -




I tell you ; 
There’s only one devil.
We all play the game on a different level,
but whatever and whoever we fight,
there ‘ll always be one devil in sight.


Believe me in this game called “ life“
there are no enemies to beat,
unless with love and light,
our own devil inside.

- DagEnDauw -



                               - M. C. Escher -

donderdag 25 november 2010

White Christmas




Gisteravond half acht zal het ongeveer geweest zijn want het was alleszins al een tijdje donker buiten, werd er aangebeld . Geen idee wie me op dit uur nog nodig zou kunnen hebben. Ik was dan ook niet echt gehaast, met als gevolg dat de bezoeker algauw nog twee keer opnieuw op de bel drukte en meteen ook verklapte wie hij was. Ik herken zijn kinderlijk ongeduld uit de duizend omdat ik het al vaker mocht ervaren.

Ik opende de deur en daar stond hij; A. het zoontje van de buren.
Of ik misschien al in de brievenbus had gekeken? Of ik al “ÌETS” had ontvangen.
‘Een kaartje…soms?’
‘Een kaartje…?’ Dacht ik verbaasd bij mezelf… Had ik iets te vieren binnenkort?!?

Benieuwd als ik ben en met zijn grote afwachtende kijkers op mij gericht voelde ik het haast als een morele plicht om tot actie over te gaan. Ik greep de sleutel van de brievenbus die aan het haakje achter de deur hing en stapte, hem verzekerend dat we het antwoord op zijn vraag nu wel heel gauw zouden weten, kordaat naar het begin van de oprit vóór huize DagEnDauw.
Ik opende het metalen deurtje en tastte met m’n hand in de donkere holte van de brievenbus.
Die was schijnbaar leeg… op één enveloppe na die zich in een hoekje schuil hield, aangedrukt tegen de kille betonnen bodem, als wou het zich zó tegen de kou en nattigheid behoeden.
Ik graaide het kleinood eruit, draaide het slotje weer vast en liep terug, richting voordeur en afwachtende buurjongetje.
Zwaaiend met de enveloppe in mijn hand waarop mijn naam in donkere inkt stond geschreven, voorafgegaan en gevolgd door een rood hartje, keek ik hem vertederd aan.
“Kijk! Wat ik ontvangen heb! Zal ik ‘m maar meteen ook open maken?”.
Ik voel zijn verwachtingsvolle blik en besluit zijn geduld niet langer op de proef te stellen.
Ik duw m’n pink, voor de gelegenheid als briefopener gebruikend, in het ongelijmde gaatje van de plooi waar de omslag overgaat in de sluitklep en rits voorzichtig langs de vouw om de enveloppe niet al teveel te beschadigen.
Binnenin vind ik de kaart …

Een glinsterende kaart met Kerst en nieuwjaarswensen!
Verzaligd glimlachend kijk ik naar de hartjes die m’n buurjongetje ook hier in rode pen heeft opgetekend en die aan weerszijden zijn kerstboodschap in blauwe inkt flankeren. “Wow, dat heb je sierlijk geschreven en getekend zeg. Maar je bent er wel heel vroeg bij hé dit keer?
Weet je, dat jij de aller- aller ÀÀÀÀllereerste bent van wie ik zo’n prachtige wensen voor Kerst- en Nieuwjaar ontvang? Dat kaartje verdient een ereplaats bovenop mijn kast, verzeker ik hem.
Hij lacht tevreden.

Oké, een maand op voorhand is behoorlijk vroeg, en ergens zegt een stemmetje in me dat hij waarschijnlijk stiekem de voorraad wenskaarten van z’n mama heeft aangesproken, gezien het duidelijk zonder enige tussenkomst van een postbode in mijn bus is terechtgekomen. Maar wanneer kinderen in de winkels al vanaf hun eerste schooldag in september met die “lieve Sint” rond de oren worden geslagen, waarom zou MIJN buurjongetje mij dan niet al een maand op voorhand het beste van de wereld mogen toewensen voor de Kerst en het Nieuwe Jaar?
Voor mijn part viert hij gewoon iedere dag kerst en vrede op aarde! Wat dàt betreft, heeft hij nog een zware missie voor de boeg.
Ik heb ‘m een dikke knuffel gegeven en een kus op zijn guitige snoet.
Ik heb ‘m bedankt voor zijn nieuwjaarsgroet.
En hop! Daar ging hij … mijn blije huppelende superheld vol verrassingen wiens eerste queeste voor het Nieuwe jaar, alvast tot een goed eind was gebracht… weer helemaal de weg terug huiswaarts.
Benieuwd waarmee hij nog met Kerstdag en Nieuwjaar zelf, op de proppen zal komen...


Epiloog :

‘Had A. het soms voorvoeld?’ Zit ik me hier nu achter mijn scherm verbaasd af te vragen.
Terwijl ik uit het venster zit te staren, dwarrelen uit de grijze wolkendeken die onze aarde vannacht tegen de kou heeft omgeslagen, de eerste donzige witte vlokjes van dit jaar naar beneden.
“Het weer” speelt het spelletje alleszins mooi mee… als het vandaag dan toch Kerst is, laat het dan meteen ook een witte zijn, moeten ze vast hierboven denken…
Ik hoef er niet meer van te dromen ik krijg vandaag al een “White Christmas”.

Het kleine kerstmannetje van naast de deur, bracht niet alleen zijn vredeswensen, maar ook heel even al een witte wereld naar me toe. Toch schitterend niet?

En zoonlief, die de dingen graag wat ludieker bekijkt, bezorgde me de volgende video over de "ware" geschiedenis van de "echte" kerstman…



Namens hem en mij alvast veel kijkplezier!




En dan nu gedaan met dromen… Back to real life...






° O °

zaterdag 20 november 2010

TRANSCENDANCE






Zaterdag…’t is weekend.
Deze ochtend, de wind zat waarschijnlijk net in de goede richting, dwarrelde van buiten een elegie mijn dromen binnen.
Terwijl ik heel in de verte de kerkklokken hoorde luiden, kwam uit net dezelfde richting een loeiende sirene aangewaaid. Aanvankelijk heel zachtjes, om daarna in drie concentrische cirkels telkens dichter en dichter te naderen. Ik ontwaak en mijn gedachten beginnen te malen.
O jee, een ongeval… waarschijnlijk hier ergens in de buurt en veel verder hoef ik dan niet meer na te denken.

Wanneer er sirenes onze richting uit komen mag je er donder op zeggen dat het ongeval gebeurd is op de Rijksweg een honderdtal meters verwijderd van mijn deur. En inderdaad, de derde keer dat de geluidsgolf aanzwelt, snoert de sirene rakelings onze laan voorbij recht het kruispunt van de Rijksweg tegemoet.

Toen, terwijl ik klaarwakker naar het plafond van de slaapkamer staar begint ook de videoclip bij de muziek zich voor mijn geestesoog te ontrollen. Ambulanciers die uit de wagen springen om de schade op te meten, politieagenten die de plaats van het gebeuren verkeersvrij trachten te maken.
Met een diepe zucht probeer ik uit alle macht de beelden te verjagen alvorens er ook nog bekende gezichten beginnen op te doemen, wanneer opeens de tonen van de sirenes weer komen aanzetten. Nu in omgekeerde cirkels van dichtbij tot weer veraf. Van fortissimo naar mezzoforte, van forte naar mezzopiano om uiteindelijk van mezzoforte naar pianissimo over te vloeien en zachtjes weg te sterven tot het enige geluid in de kamer enkel nog mijn in- en uitademen is…

Ik adem… dus ik leef nog, hèhè! Terwijl heel in de verte ik nog even de laatste slagen van de kerkklokken tel, klinkt het slotakkoord… Het versleept zich door de lucht als een veel te zware eiken boekenkast die over houten planchetten wordt getrokken… een vliegtuig dat zich door de koude luchtlagen een weg zoekt naar de zon.
Ook hier eerst zacht, dan aanzwellend om weerom uit te deinen in die hemelse verte. 
Na het orgelpunt vraag ik me af: Was dit nu een elegie van het leven of eerder de dans van een mensenmaatschappij die, net als een wervelende woeli-meester, voortdurend in rondjes draait tot de trance erop volgt ?
Ik geeuw, strek me eens flink uit en wip uit bed.

Ik ga vandaag een rondje meedraaien op deze gekke paardenmolen en me, om te beginnen, naar de markt spoeden ! 

De dood had dan misschien wel de tuinman te pakken, maar mij nog lange niet!





Instappeuh!!!


 We vertrekken...




   

vrijdag 19 november 2010

EEN VROUW


Iedereen zat al aan een tafeltje in de zaal, klaar voor de voorstelling, toen ze samen met haar dochtertje binnenkwam en haar ogen over de mensen liet dwalen op zoek naar een zitje voor hen beiden.
Ik merkte haar aarzeling en gaf een teken dat er aan het tafeltje waaraan ik zelf had plaats genomen nog wel enkele stoelen vrij waren.
“Stoort het niet als ik hier kom zitten”, vroeg ze. “Natuurlijk niet” antwoordde ik “maak het jullie gemakkelijk”.
We bestelden een glas wijn en raakten aan de praat. Zo kwam ik te weten dat ze net als ik gedichten schreef en schilderde.
Maar het eigenaardigste van al was, dat na wat heen en weer praten, haar dochtertje me plots weer herkende van een proefles taiji die ze bij onze vereniging, samen met haar moeder gevolgd had enkele weken voordien.
Het leven had haar andermaal op mijn pad gebracht, eigenaardig...
Die avond zouden haar gedichten, afwisselend met die van andere schrijvende medemensen waaronder ook enkele van mezelf, worden voorgedragen. We waren allebei gespannen, dat spreekt voor zich.
Het werd een behoorlijk intense avond, (je eigen gedichten horen voordragen en je emoties te kijk zien staan voor een hele zaal, is een heel rare ervaring, dat kan ik wel verzekeren.)
Wanneer de voorstelling ten einde was, besloten we dan ook samen nog wat na te kaarten in een lokale taverne bij een kop koffie. Daar vernam ik dat ze, desondanks haar jonge leeftijd een paar jaar voorheen weduwe was geworden. Dat verklaarde meteen ook waarom al haar gedichten over de dood gingen. Maar verder leek ze het onderwerp te willen mijden. Er waren dingen die ze duidelijk nog niet had verwerkt, dus ging ik er ook niet verder op door.

Er waren andere onderwerpen waarover we wel samen konden praten en het klikte tussen ons.
Ze maakte op mij de indruk van een intelligente, openhartige, gevoelige en vrijgevochten Turkse vrouw, die blijkbaar niet door het leven was gespaard, maar die desondanks de moed niet had verloren en enorm haar best deed om samen met haar dochter te bouwen aan een nieuw leven zonder de man die zij had bemind en die ze duidelijk nog altijd enorm mistte. Het was bijna middernacht toen we allebei realiseerden hoe vlug de tijd voorbij was gegaan… Haar dochter hoorde al in bed te liggen, oordeelde ze, terwijl het meisje, zoals de meeste kinderen van die leeftijd, natuurlijk onmiddellijk beweerde nog niet moe te zijn…
We namen afscheid na de uitwisseling van adressen en telefoonnummers met de belofte elkaar op de hoogte te houden wanneer we zouden tentoonstellen of om samen in de nabije toekomst misschien nog eens iets te gaan drinken.

Deze ontmoeting dateert van januari 2009.
Ach, u weet wel hoe dat gaat … het leven herneemt zijn gewone gangetje, je denkt wel af en toe;  ‘ik zou die of die persoon nog eens willen contacteren’, maar om één of andere reden lukt dat niet meteen. Ik heb Nerkiz sindsdien dan ook niet meer teruggezien noch van haar iets vernomen.
Tot ik onlangs van haar opeens een mail ontving.
Dat haar “onrecht” was aangedaan. Opeens las ik een radeloze vrouw die blijkbaar de weg zocht in ons juridisch systeem, helaas zonder meer informatie over het waarom. Of er zich onder haar vrienden en kennissen soms mensen bevonden die haar konden helpen die weg te vinden Het was een noodkreet.
De juridische wereld is voor mij onbekend terrein, vandaar dat ik besloot nog even te wachten met een antwoordje te sturen.

Groot was echter mijn verbazing toen ik diezelfde dag in de krant bij mijn ouders het relaas onder ogen kreeg over de uitspraak van een rechtszaak, aangaande feiten die vijf jaar voorheen waren gepleegd… Een brandstichting waarvan de dader die week werd vrijgesproken door de jury en waarbij de moeder en dochter de brand hadden overleefd maar de vader en zijn twee zoontjes om het leven kwamen.
Ik begon verbanden te leggen. Toen ik de namen vermeldt zag staan werd alles duidelijk.
Ik begreep opeens wat voor akelig drama zich in het verleden van die jonge vrouw en haar dochtertje had afgespeeld, waarover ze toen niet kon of wou praten.

Kort daarna vernam ik bovendien dat ze in haar radeloosheid strafbare feiten had gepleegd waarvoor ze een celstraf van vijf jaar riskeert.  
Ik weet, waartoe radeloze mensen in staat zijn, en kan haar reactie best begrijpen.
Bovendien stel ik me op dit moment, nog meer dan voorheen, serieus vragen bij de rechtvaardigheid van ons juridisch systeem.
Plots raakt een nieuwsfeit aan mijn persoonlijke leven.
Ik weet dat ik niet objectief ben, dat ik haar ook niet zal kunnen helpen, maar zeg nu zelf, kan ik het gegeven, dat ik deze vrouw ontmoet heb, zomaar naast me neerleggen en zwijgen over hoe ik haar zag, terwijl ze in de media bijna als een misdadigster werd afgeschilderd?

Ik kan niet tegen onrechtvaardigheid. Ik vond het een kaakslag voor justitie dat er nog maar sprake van was dat zij wèl gevangenisstraf kon krijgen voor wat ze deed, terwijl degene die verantwoordelijk was voor de dood van drie van haar meest dierbare naasten (ook wanneer dit onopzettelijk was, zijn advocaten beweren dat hij per ongeluk een papier in brand stak, dat per ongeluk op een stapel karton gooide en toen wachtte tot het uitdoofde, maar dat het de wind was die, het vuur naderhand terug heeft aangewakkerd wanneer hij alweer was weggegaan…)  geheel werd vrijgesproken. 

Het is niet veel wat ik doe, maar ik hoop, door dit verhaal te vertellen en met onderstaand gedicht een inkijkje te gunnen in haar hart, dat toch een aantal mensen geraakt worden door het lot van deze vrouw.
Mijn bescheiden bijdrage tot de rechtvaardigheid in deze wereld.


     -  DagEnDauw- 






Een grafsteen staat jou niet



Liefste, sta dan toch op.
Kom mee naar huis.
Daar is je plek, bij mij.
Een grafsteen staat jou niet.

Jij bent te vol van leven.
Je kunt hier niet zijn.
Dit is niet waar jij hoort.
Een grafsteen staat jou niet.

Kom mee en laten we samen
gelukkig en verdrietig zijn.

Jouw plaats is niet hier.
Een grafsteen staat jou niet.


- Nerkiz Sahin -




Nerkiz richtte onlangs met enkele vrienden een vzw op voor rechtvaardige rechtspraak. Meer details hierover vindt u hier.





dinsdag 16 november 2010

LA DEVINA TRAGEDIA dell'ultimo PAPAVERO














In de hof van heden bij DagEnDauw
stond stil een bloemknop te dromen.
Reikend met haar hoofd naar het hemelblauw
wou ze een keer tot ontplooiing komen.




Maar daar was de novemberfotograaf.






Gefocust werd ze door zijn lens genomen.
Vol overgave 
wierp ze haar bladzijden jurk ter aard 
en nog voor de laatste klik klonk
stal hij haar hart
en meteen ook haar dromen...






- woord en beeld door DagEnDauw -













En deze schitterende uitvoering van  "de dans der zeven sluiers" 
een flamencoversie van Carlos Saura gedanst door Aida Gomez 
in de rol van Salomé, leek me hier als toemaatje wel op z'n plaats.
De muziek werd gecomponeerd door Roque Baños.
De film "Salomé" geregiseerd door Saura  is verkrijgbaar op DVD.















maandag 15 november 2010

VERMIST



Vrijdagmiddag,12 november kom ik tot de onthutsende vaststelling dat hoewel er de donderdag geen gebruikelijke ophaalronde van het huisvuil plaats vond vanwege de wapenstilstandsherdenking er toch een aantal van mijn buren hun vuilniszak voor de deur hadden geposteerd.
Na het raadplegen van "de ophaalkalender voor huisvuil in mijn gemeente", wordt mijn vermoeden bevestigd: de firma die hiervoor instaat, verleent blijkbaar geen brugdagen aan zijn medewerkers. De "DoR"  - staat voor  "donderdagronde"  en omvat o.a. de huizen aan onze kant van de wijk waar het afval op donderdag wordt opgehaald, met uitzondering van de feestdagen waarop wordt doorgeschoven naar de volgende werkdag, zoals deze week het geval was... -  mag er zich dus vandaag al op verheugen dat de vuilbakken geleegd zullen worden. Geen uitstel tot na het weekend. Klant is koning, de vuilnisman zwoegt door, ter meerdere eer en glorie van ons propere straatbeeld.

Ik start bijgevolg een race tegen de tijd want veel langer zal de vuilniskar niet meer wegblijven en slalom in ijltempo door het huis, voorbij alle mogelijke vuilnisbakken, grabbel de volle zakjes eruit en drop ze in de grote bruine gemeentezak in de garage. Met ongeziene vingervlugheid knoop ik het oranje plastic lintje er rondom heen en snel de oprit af om mezelf ervan te verzekeren nog tijdig ook mijn huisvuil op de gebruikelijke plaats te deponeren.
Maar vuilnismannen hebben zo hun eigenaardigheden en wanneer ik de vrijdagavond laat, na de wekelijkse herhaling van ons harmonieorkest huiswaarts keer, staan alle zakken er nog steeds.

Tiens, dus toch een brugdag?

Voor het slapen gaan overweeg ik nog even om de zak weer binnen te nemen, omdat een zichzelf respecterende vuilnisman, die de brug maakt op deze doordeweekse vrijdag het vast niet in zijn hoofd zal halen om op zaterdag of zondag, noch op maandag 15 november daar eventjes van af te stappen
n natte voeten te riskeren…, wie weet immers hoe diep het water daar ondertussen al staat … )
Uiteindelijk besluit ik het voornemen pas ten uitvoer te brengen de volgende morgen, omwille van de hevige regenval die avond.

Stel je mijn verbazing voor wanneer ik zaterdagochtend door het raam kijk en merk dat alle vuilniszakken nog buiten staan behalve die van mij.
Wanneer ik zoonlief wek en hem vraag of hij soms de oplossing voor dit raadsel kent, blijkt dat ook hij het in Keulen hoort donderen.
Ik weet dus niet wat er gebeurde die nacht maar onze vuilniszak is vermist, foetsie, spoorloos verdwenen. 

Heeft de regen hem soms weggespoeld? Of zou ik over een privé-vuilnisman beschikken waarvan ik geen weet heb? Of zijn er ècht kabouters aan het werk rond huize DagEnDauw?
Wie anders houdt er zich in hemelsnaam bezig met het verdonkeremanen van huisvuil? Iemand in zak en as misschien? Het is en blijft een raadsel.

Maar waarom zou ik er, op de keper beschouwd, om malen wie die duit in het zakje deed?
Ondertussen is het maandagmiddag, staat het huisvuil van de buren al drie dagen te wachten voor hun deuren en is het mijne toch maar netjes opgeruimd.
Laat ik nu maar gewoon blij zijn dat er tenminste toch ééntje, warempel de mijne, op de beloofde dag werd opgehaald.





- DagEnDauw -



zondag 14 november 2010

WATERMAN

Gezien de aanhoudende regenval van de laatste dagen vond ik het wel passend om dit woordenspel van een kleine tweetal jaar geleden, dat ik verwerkte in een foto, hier vandaag te publiceren. Moet er nóg water zijn?





woensdag 10 november 2010

Eclipse of the mind


HARK...!




One morning she came to me 
severe in nature's garb, so light and yet so dark. 
I'll give you eternal wisdom, youth and love, she said. 
In return she wanted my body, and entered my head. 

We had to remain seperated to stay sane, 
so she divided me to cause no pain. 
The night was hers the day was mine, 
but in the end we couldn't draw the line. 

We got confused 
and all mixed up. 
Completely out of control, 
I lost my identity, I lost my soul. 
I had to surrender to survive, 
conquer my fears to stay alive. 
Find me a brother in soul 
die with him to become whole 

I found a musician, 
I found a painter, 
I found a poet, 
I found a stranger, 
I found a brother in soul, 
and thought 

"from now on we can have it all". 

We drove as lightening but didn't die, 
reached for the heavens but didn't fly. 
Finally refused at the gates of the sun, 
We turned back to where it all begun. 

Back on earth my life was caught in her curse: 
I had to get through the genesis in reverse. 
And at the exit of darkness, returned from death 


I'd regain my body, I'd regain my head... . 









  


- copyrights DagEnDauw -


vrijdag 5 november 2010

En HET WOORD werd gehakt…



° O °






We spreken, we praten, we babbelen, we kletsen, we converseren, we communiceren, we strelen met woorden, we slaan ze om elkaars oren. Verkwisten ze mateloos, we gebruiken en misbruiken ze zonder noodzakelijk iets zinnigs te zeggen.
Of verzwijgen ze om al dan niet te kwetsen.

Woorden…, we gebruiken ze, zonder nadenken, zonder op de gevolgen ervan te letten.
Ze branden op onze tongen, liggen op onze lippen, raken onze harten sturen onze geesten strelen onze zinnen, misleiden onze zielen…
De gesproken vleugels van gedachtenvogels leiden een eigen bestaan.
Eens ze door het luchtruim zeilen, kunnen we ze nog enkel laten gaan.
Heb je een geheim onder woorden gebracht en er iemands oren mee bereikt?
Wees dan maar zeker dat het niet langer een geheim zal zijn.
Verklankte woorden zijn immers vogelvrij.
Ze waren rond, dolen als verloren zielen, verdwalen als pijlen die werden verschoten zonder doel, of als sterren die mettertijd weer doven.
Wat enkel werd uitgesproken kan wel opnieuw vergeten worden – als dat misschien een troost mag zijn.

Maar dan heb je de geschreven woorden, die zijn van een ander kaliber… Aan elkaar geregen letters, onschuldig in essentie, niet langer vogels maar gedempte kogels, stilzwijgend,
zijn ze geduchte, veel doeltreffender projectielen en bovendien ook duurzamer in hun bestaan.
Wat niet mag vergeten worden kan als woord maar beter neergeschreven staan.

Tot zover mijn bedenkingen deze ochtend. ‘k Weet het, allemaal praatjes voor de vaak.
Maar dat is wèl de reden waarom ik vóór het winkelen steeds een boodschappenlijstje maak.





° O °

donderdag 4 november 2010

Een Taichi Nocturne bij kaarslicht.




't Kan soms verkeren...  dat het toeval, als dat al bestaat, voor wondere ervaringen zorgt.

We schrijven dinsdag 30 oktober twee jaar geleden, een dag vóór Halloween.
Ik stond rond kwart voor zeven aan de vaat toen plots het licht uitviel. “Verdorie, wat heb ik nu weer verkeerd gedaan”, dacht ik bij mezelf. Maar zag al snel door het raam van het washok, onderweg naar de kast met zekeringen, dat het ook buiten aardedonker was.
De hele omgeving zat kennelijk zonder elektriciteit.

Ik stormde naar de voordeur om van deze gelegenheid te profiteren. Jaja, het mag misschien raar klinken maar een nachthemel bezaaid met ontelbare sterren,  terwijl verder alle lichten gedoofd zijn daar wil ik als een klein kind met open mond van staan genieten. En gelukkig was er die avond geen wolkje te bespeuren.
Als een zwarte fluwelen lap vol piepkleine gaatjes waar het licht tracht doorheen te breken, leek het hemelgewelf boven onze hoofden gespannen. Eindelijk kregen we nog eens de gelegenheid om versteld te staan onder de melkweg.

Van overal prikten stemmen door het donker,  zonder dat er ook maar één mens te zien was, allemaal op zoek naar de reden van deze lichtuitval.
Ha, ik hoor díe … en dàt is beslist… je kon er heimelijk een quiz van maken. Welke stem bij welke buur hoorde.
Na twintig zalige minuten volgde dan het moment ‘suprème’ voorspeld door zoonlief dat hij al de hele tijd gespannen stond af te wachten.
De lichten in onze straat  en in alle huizen die plots weer allemaal tegelijk aanfloepten.
Je staat er niet bij stil,  maar eigenlijk is dat een moment van pure magie.
“Zo voorbij” dacht ik, “maar dat hebben we toch weer heel intens meegemaakt, zoonlief  en ik”.

Op weg naar Taichi om kwart voor acht, het voorval was al enigszins naar een verlaten hoekje in mijn geheugen verschoven,  merkte ik in de straat van bestemming op, dat hier de elektriciteit nog steeds niet teruggekeerd was. En de school waar ik de lessen volgde al helemaal een zwart gat leek.
“Oei, iedereen is blijkbaar weer naar huis gegaan, bij gebrek aan licht” dacht ik even, maar iets in mij spoorde me aan om toch maar beter eerst een kijkje te gaan nemen voor ik weer naar huis terugkeerde aangezien de schoolpoorten nog open stonden.
Op het gevoel fietste ik in de richting waar ik de sportzaal vermoedde en stalde mijn fiets tegen de muur. Door het raam van de zaal ontwaarde ik een zacht maar onduidelijk schijnsel. Er was blijkbaar beweging.
Voetje voor voetje schuifelde ik  richting ingang en zocht al tastend  naar de klink van de gangdeur die toch niet op slot bleek. Zonder ergens tegenaan te botsen bereikte ik wonderwel de toegangsdeur tot de sportzaal waarachter zachte stemmen druk in de weer schenen te zijn.

Voor de tweede keer deze avond werd ik overmand door een gevoel van betovering, toen ik de ruimte binnentrad. Dit keer waren het de mensen zelf die me de gewaarwording bezorgden.
Aan één  zijde van de zaal waren ontelbare theelichtjes neergezet door een behulpzame en blijkbaar zeer  gemotiveerde taichi-beoefenaar die deze gauw even naar huis was gaan halen terwijl bij het zwakke licht een ander groepje bezig was om een c.d.-speler op batterijen aan de praat te krijgen die weer een andere leerling die ook in de buurt woonde, nog snel even thuis was gaan oppikken.
Een warmte stroomde door mij heen, wat vast de energie is die de Chinezen "Chi" noemen en die zo’n deugd doet als mensen samen iets opbouwend verwezenlijken.
Wanneer we echt iets willen dan gebeurt het ook, dacht ik bij mezelf, al zijn er nog zoveel tegenwerkende krachten mee gemoeid.
Samen met de anderen beleefde ik die avond bij het zwakke schijnsel van tientallen dansende kaarsvlammetjes en een zacht achtergrondmuziekje het meest fascinerende taichi-moment van mijn leven.
In nagenoeg volstrekte duisternis en opperste concentratie je evenwicht trachten te bewaren zonder op je ogen  te kunnen vertrouwen, geloof me, het is geen sinecure. Wel een onvergelijkelijke ervaring waarbij alle andere zintuigen op scherp komen te staan.
Ik verzeker je dat ik, en bepaald ik niet alleen, mij na de les in een volmaakte toestand van Zen bevond waarvan ik nog een hele avond heb kunnen nagenieten.

Zo’n “Taichi-nocturne bij kaarslicht”  door het toeval op je pad gelegd zal natuurlijk nooit meer geëvenaard worden, toch lijkt het me wat, om elk jaar rond deze tijd zo’n speciale les te organiseren gewoon voor de fun…

Want gelachen hebben we ook toen we hoorden wat onze leraar was overkomen:
Voor de aanvang van de les was hij de Chen-stijl aan het lopen toen op het ogenblik dat hij een vereiste voetstamp op de vloer gaf, plotseling de elektriciteit uitviel in de zaal en het stikdonker werd.
Aanvankelijk dacht hij dat een grappenmaker stilletjes de zaal was binnengeslopen en op dit actiemoment het licht had uitgedaan om hem een poets te bakken, maar toen er niemand in de zaal bleek te zijn en hij een kijkje buiten nam zag hij dat de elektriciteit in de hele omgeving blijkbaar was uitgevallen.
Een hele gemeente zonder stroom en dat allemaal door één enkele voetstoot van ónze leraar, je moet het hem maar nadoen!
Het klinkt ongeloofwaardig, maar het is wel een feit dat onze gemeente slechts 20 minuten zonder licht zat terwijl er in de sportzaal zelf, de hele avond geen enkele schakelaar aan de praat werd gekregen.  Iedereen is natuurlijk vrij te geloven wat hij wil maar Halloween 2008 daar denk ik het mijne van!