- 't Is tijd -
Hoe lang?
Oh, niet tè lang, ’t duurt echt heel even maar.
Ik hou het kort, je zal wel zien,
een tel, en ik ben daar.
Die hoop stemt me steeds blij,
want straks ben je al bij mij.
En ik geloof…
Want ik vertrouw.
Ik houd me klaar
en wacht dan maar.
Iedere keer
gebeurt het weer
Een klein beetje geduld nog.
Maar uren duren lang.
Wachten steeds maar wachten,
dat wachten maakt me bang.
Ik loop wat rond,
zit even neer...
Sta opnieuw op,
draaf heen en weer.
Van al dat wachten,
komen de raarste gedachten.
Ik kan er niets aan doen.
Het houdt me in zijn ban.
Ik wacht nog slechts op jou
... Kom zeg, waar blijf je dan?
Minuten duren uren,
ze malen door mijn hoofd.
Ik doe de gekste kuren,
word van mijn zin beroofd.
Ik zou ze willen doden,
mocht ik er kans toe zien.
Maar in mijn hoofd hamert de klok
alweer zo’n slag of tien.
Soms wou ik dat de wijzer
een pijl was die 'k wegschoot.
Niet IK dood immers tijd
’t Is ’t wachten dat MIJ doodt.